Gids voor het stelsel van investeringsgerechten
Deze sectie helpt u te begrijpen hoe u een geschil in het kader van het Investment Court System (ICS) in de overeenkomsten van de Europese Unie (EU) kunt oplossen.
6 Stappen om een geschil in het kader van het stelsel van investeringsgerechtenop te lossen
Voordat u begint – Heeft u een geschil?
Om te weten of u een geschil hebt dat onder de desbetreffende overeenkomst valt, moet u kijken naar de bepalingen van die overeenkomst over de reikwijdte van de bestreken geschillen.
In het algemeen ontstaat een geschil wanneer een investeerder van een van de verdragsluitende partijen (thuisstaat) een schending van de overeenkomst door de andere verdragsluitende partij (gaststaat) aanvoert die gevolgen heeft voor een investering van de investeerder in de gaststaat die verlies of schade veroorzaakt.
Relevante bepalingen voor het bepalen van de omvang van geschillen die onder EU-overeenkomsten vallen
- CETA EU-Canada – artikel 8, lid 18
- IPA EU-Singapore – artikel 3, lid 1
- IPA EU-Vietnam – artikel 3, lid 27
- AFA-investering EU-Chili – artikel 10.24
Als u een geschil hebt, probeer het dan op te lossen door middel van minnelijke oplossingen en indien dit niet mogelijk is, dient u een verzoek om overleg in.
In geval van een vermeende schending moet het geschil zoveel mogelijk in der minne worden beslecht door middel van alternatieve geschillenbeslechtingsmechanismen.
Alternatieve geschillenbeslechtingsmechanismen bieden de mogelijkheid om een schikkingsovereenkomst te vinden zonder de kosten van een procedure voor een gerecht te maken. De EU-overeenkomsten bevorderen altijd de beslechting van geschillen door middel van minnelijke schikkingen, onder meer via de volgende middelen:
- Bemiddeling
- Onderhandelingen
Hoewel deze oplossingen ook na de indiening van de aanvraag beschikbaar zijn, is het het meest voordelig om ze, voor zover mogelijk, vóór de indiening van een verzoek om overleg na te streven. Elke partij bij het geschil houdt zich aan en voldoet aan elke onderling overeengekomen oplossing.
Relevante bepalingen voor het vinden van informatie over mechanismen voor alternatieve geschillenbeslechting in het kader van EU-overeenkomsten
- CETA EU-Canada – artikelen 8.19 en 8.20
- IPA EU-Singapore – artikelen 3.2 en 3.4
- IPA EU-Vietnam – artikelen 3.29 en 3.31
- AFA-investering EU-Chili – artikelen 10.25 en 10.26
Indiening van een verzoek om overleg
Indien een geschil niet op minnelijke wijze kan worden beslecht, kan een partij om overleg verzoeken door middel van een schriftelijk verzoek aan de andere partij waarin de betrokken maatregel en de bepalingen die zij van oordeel is dat de acties van de gaststaat een inbreuk vormen, worden vermeld.
Het verzoek om overleg is essentieel, aangezien het een verplichte stap is voordat een procedure wordt ingeleid. Het is ook het beginpunt van de termijn voor het indienen van een claim (zie hieronder).
Het verzoek moet specifieke informatie bevatten en moet worden ingediend binnen een in de desbetreffende overeenkomst gespecificeerde termijn.
De verjaringstermijn houdt met name rekening met de situatie waarin een eiser eerst verhaal zou zoeken bij de nationale rechter voordat hij zijn toevlucht zou nemen tot het stelsel van investeringsgerechten in het kader van de desbetreffende overeenkomst.
Relevante bepalingen voor het vinden van informatie over de vereisten voor het indienen van een verzoek om overleg in het kader van EU-overeenkomsten
- CETA EU-Canada – artikel 8.19
- IPA EU-Singapore – artikel 3, lid 3
- IPA EU-Vietnam – artikel 3.30
- AFA-investering EU-Chili – artikel 10.26
Als u al van plan bent een procedure in te leiden, moet u de respondent(en) vóór het einde van de raadplegingsfase een intentieverklaring sturen.
Verzenden van een intentieverklaring
In elke relevante overeenkomst is bepaald dat indien het geschil niet binnen een bepaalde termijn na de indiening van het verzoek om overleg kan worden beslecht, een investeerder de verweerder(s) een kennisgeving van intentie kan doen toekomen waarin schriftelijk wordt vermeld dat u voornemens bent de vordering in te dienen voor geschillenbeslechting met de relevante informatie.
Deze intentieverklaring is belangrijk, aangezien in het geval dat het geschil tegen de EU en haar lidstaten is, de procedure wordt ingeleid om de juiste verweerder te bepalen.
Indien u niet op de hoogte bent gebracht van de vaststelling van de EU, is de respondent de EU waar de in de kennisgeving genoemde maatregelen uitsluitend maatregelen van de EU zijn, terwijl de respondent een lidstaat is waar de in de kennisgeving genoemde maatregelen uitsluitend maatregelen van die lidstaat zijn.
Relevante bepalingen in het kader van EU-overeenkomsten om informatie te vinden over de vereisten om een intentieverklaring te sturen wanneer het geschil tegen de EU en haar lidstaten is gericht
- CETA EU-Canada – artikel 8, lid21
- IPA EU-Singapore – artikel 3, lid 5
- IPA EU-Vietnam – artikel 3, lid 32
- AFA-investering EU-Chili – artikel 10.27
Indien het geschil niet via overleg kan worden beslecht, kunt u uw verzoek indienen bij het Gerecht.
Indiening van een vordering bij het Gerecht
Indien de partijen er niet in slagen het geschil via overleg op te lossen, kan een vordering bij het Gerecht worden ingediend.
De aanvraag moet binnen een specifieke termijn worden ingediend, te rekenen vanaf de indiening van het verzoek om overleg.
De indiening van een vordering moet bepaalde elementen bevatten, zoals de regels op grond waarvan het geschil wordt ingediend.
Behoudens specifieke uitzonderingen moet een investeerder, indien hij besluit een procedure in te leiden in het kader van het stelsel van investeringsgerechten van de toepasselijke overeenkomst, een bestaande procedure voor een rechterlijke instantie krachtens nationaal of internationaal recht intrekken of beëindigen met betrekking tot een maatregel waarvan wordt gesteld dat deze een in de vordering bedoelde inbreuk vormt. Hij moet ook afstand doen van zijn recht om een vordering of procedure in te leiden voor een gerecht krachtens nationaal of internationaal recht met betrekking tot een maatregel waarvan wordt gesteld dat deze een inbreuk vormt waarnaar in de vordering wordt verwezen.
Relevante bepalingen voor het vinden van informatie over de vereisten voor het indienen van een claim en de specifieke termijnen in het kader van EU-overeenkomsten
- CETA EU-Canada – artikelen 8.22 en 8.23
- IPA EU-Singapore – artikelen 3.6 en 3.7
- IPA EU-Vietnam – artikelen 3.33, 3.34 en 3.35
- AFA-investering EU-Chili – artikelen 10.28 en 10.29
Zodra uw verzoek is ontvangen en behandeld, zal het Gerecht van eerste aanleg de zaak beoordelen en een voorlopige uitspraak doen.
Beoordeling van de zaak en voorlopige gunning
Het stelsel van investeringsgerechten omvat een tweeledig mechanisme met een Gerecht van eerste aanleg dat de zaak zal behandelen en haar uitspraak zal doen volgens het toepasselijke recht.
Zoals uiteengezet, wijkt het stelsel van investeringsgerechten af van het “ad hoc”-karakter van arbitrageprocedures, waarbij de partijen bij het geschil hun respectieve door de partijen benoemde arbiters selecteren.
De president van het Gerecht benoemt de rechters die de afdeling vormen van het Gerecht dat de zaak behandelt. De drie leden van het Gerecht (tenzij een alleensprekende rechter is overeengekomen) worden gekozen uit de lijst van leden die door de overeenkomstsluitende partijen zijn benoemd. Een van hen is onderdaan van een lidstaat van de EU, een onderdaan van de andere overeenkomstsluitende partij en een onderdaan van een derde land die de afdeling van het Gerecht die de zaak zal behandelen, zal voorzitten.
Het Gerecht van eerste aanleg zal zowel preliminaire bezwaren als verzoeken om voorlopige maatregelen kunnen behandelen.
Het vonnis van het Gerecht van eerste aanleg is voorlopig, wat betekent dat het niet bindend (en uitvoerbaar) is als een beroep wordt ingesteld. Indien echter een bepaalde termijn is verstreken sinds de voorlopige uitspraak is gedaan en geen van de partijen bij het geschil tegen de uitspraak beroep heeft aangetekend, wordt de voorlopige uitspraak definitief en uitvoerbaar.
Relevante bepalingen in EU-overeenkomsten voor het vinden van informatie over de samenstelling van het Gerecht en het verloop van de procedure
- CETA EU-Canada – artikelen 8.27, 8.31, 8.32, 8.33, 8.34
- IPA EU-Singapore – artikelen 3.9, 3.13, 3.14, 3.15, 3.18
- IPA EU-Vietnam – artikelen 3.38, 3.42, 3.44, 3.45, 3.47, 3.53
- AFA-investering EU-Chili – artikelen 10.33, 10.37, 10.38, 10.41, 10.42, 10.44, 10.53
Tegen de voorlopige uitspraak kan beroep worden ingesteld bij de Beroepsinstantie, die een definitieve uitspraak zal doen.
Beroep en definitieve uitspraak
Indien een partij bij het geschil van mening is dat de uitspraak van het Gerecht van eerste aanleg fouten bevat, kan daartegen beroep worden ingesteld. De Beroepsinstantie zal de uitspraak toetsen en de definitieve uitspraak binnen een kort tijdsbestek doen.
Het stelsel van investeringsgerechten omvat een tweeledig mechanisme met een permanente beroepsinstantie. De rechters van de Beroepsinstantie waarbij de zaak aanhangig is, worden bij de inwerkingtreding van de overeenkomst gekozen uit de lijst van door de overeenkomstsluitende partijen benoemde leden.
De voorzitter van de Beroepsinstantie benoemt de leden van de afdeling van de Beroepsinstantie die het beroep behandelt. De Beroepsinstantie behandelt zaken in afdelingen bestaande uit drie leden: één onderdaan is van een lidstaat van de EU, één onderdaan van de andere overeenkomstsluitende partij en één onderdaan van een derde land die de afdeling van het Gerecht die de zaak zal behandelen, zal voorzitten.
Indien de Beroepsinstantie het beroep afwijst, wordt de voorlopige uitspraak definitief.
Indien het beroep gegrond is, wijzigt of herroept de Beroepsinstantie de juridische bevindingen en conclusies in de voorlopige uitspraak geheel of gedeeltelijk. De Beroepsinstantie kan zelf een eindbeslissing nemen of besluiten de zaak terug te verwijzen naar het Gerecht van eerste aanleg.
De eindbeslissing van de Beroepsinstantie of de uitspraak van het Gerecht van eerste aanleg waarbij de zaak wordt terugverwezen, is definitief en bindend.
Relevante bepalingen in EU-overeenkomsten voor het vinden van informatie over de beroepsprocedure en de definitieve uitspraak
- CETA EU-Canada – artikelen 8.28, 8.39
- IPA EU-Singapore – artikelen 3.18, 3.19
- IPA EU-Vietnam – artikelen 3.54, 3.55
- AFA-investering EU-Chili – artikelen 10.54 en 10.55
Als een investeerder een definitieve uitspraak in zijn voordeel heeft, kan hij een tenuitvoerleggingsprocedure starten voor de nationale rechter.
Tenuitvoerleggingsprocedures voor nationale rechtbanken
Zodra een definitieve uitspraak is gedaan, wordt deze uitvoerbaar.
Definitieve uitspraken zijn bindend tussen de partijen bij het geschil en zijn niet vatbaar voor beroep, herziening, vernietiging, nietigverklaring of enig ander rechtsmiddel.
Als een investeerder een definitieve en bindende uitspraak in zijn voordeel heeft, kan hij een tenuitvoerleggingsprocedure starten voor de nationale rechter. De tenuitvoerlegging van de uitspraak wordt beheerst door de wetten betreffende de tenuitvoerlegging van vonnissen of vonnissen die van kracht zijn op de plaats waar de tenuitvoerlegging wordt gevraagd.
Relevante bepalingen in EU-overeenkomsten voor het vinden van informatie over de tenuitvoerlegging van definitieve uitspraken in het kader van het stelsel van investeringsgerechten
- CETA EU-Canada – artikel 8.41
- IPA EU-Singapore – Artikelen 3.22
- IPA EU-Vietnam – artikel 3.57
- AFA-investering EU-Chili – artikel 10.56
-
6 Stappen om een geschil in het kader van het ICS op te lossen